"Elijah’s melons" and some history
La Condamine wrote in his report “Observationson mathematiques et physiques faites dans un voyage de Levant en 1731” about his visit to Jerusalem (see Blog post Oct. 31): “Des pierres, de la grosseur & de la figure d’un pois, que j’ai ramassées dans un champ voisin de Jerusalem, ou elles sont fort communes, quoique’elles soient depuis long-temps recherchées par les Voyageurs.“.
When I told this to Hazorea’s archeologist Dr. Dror Ben-Yosef, he immediately said that these must have been “Elijah’s melons” or “lapides Judaici”. It is the name applied to stones of light brown flint outside, hollow inside, and lined with quartz crystals or chalcedony, the geological "geodes".
See the web site for the myth about Elijah and his melons.
Apparently, at his time La Condamine did not hear much about the origin of these stones. The first voyage account of the nature of Elijah’s melons I found is from 1849 when Maxime du Camp travelled to the Red Sea.
The grapefruit-sized “Melon of Elijah” (geode) shown to me by Dror Ben-Yosef of kibbutz Hazorea. Were these the stones found by La Condamine?
Laatste dag in de kibbutz, half 6: tegelijk met de melodieuze kreten van de Bulbul, klinken in de verte de vier achtereenvolgende schoten, die in de visvijvers de vogels moeten verjagen.
In de afgelopen week van de viering van Channoch’s 70ste verjaardag, hebben we verschillende plaatsen bezocht. Allereerst Nazareth, waar we in de overdekte markt (sukh) de smid Naddaf Fouad (70 jr) terugvonden. Net als vorig jaar kocht ik weer een paar van de door hem gesoldeerde blikjes en olielampjes. Hij vertelde dat het niet goed ging en dat veel winkeltjes gesloten waren vanwege de economische crisis. Hij had echter een oude vriend op bezoek, ook een Christen-arabier, zodat ik hem niet veel kon vragen. Ik beloofde hem volgende keer terug te komen. Beneden aan de Sukh spraken we met een plaatselijke bewoner over het grote bord met een reclame-spreuk voor de Islam. Bij al het christelijke geweld hier kon dit er wel bij. Dat vond onze Nazarether ook; hij ging niet naar de moskee en was niet gewoon te bidden, maar de Koran had wel gelijk: wij zullen de “loosers” zijn!
We bezochten in Zichron Ya’akov het huis van de familie Aaronson die geschiedenis maakte vóór en tijdens de Eerste Wereldoorlog. Volgens N. Grover (Jerusalem) waren de Joden onder Turks bewind er beter aan toe dan in Europa gedurende diezelfde eeuwen. Dit ondanks onderdrukking in Palestina en ondanks de door Sarah Aaronson gesignaleerde, Armeense genocide, die nog steeds niet door Nederland, noch door Israel erkend wordt. Wellicht is de geschiedenis van Israel niet te begrijpen zonder het tijdperk van het Ottomaanse rijk (1517-1917) te kennen.
De smid Naddaf Fouad in de sukh van Nazareth.
Volgens een bewoner van Nazareth, die niet gewoon was te bidden en niet naar de moskee ging, had de Koran altijd gelijk. Volgens hem had dit bord daarom geen protesten gegeven.
Ook bezochten we Jerusalem, waar bij de Westmuur de Israelische oppermacht wel heel erg voelbaar is, maar waar het in de Arabische sukh economisch goed leek te gaan. We spraken op de trappen van de prachtige Damascus Poort Arabische studenten die niet ontevreden leken te zijn…….
Ga ik in het vliegtuig nog eens het boek van Dries van Agt lezen? Nu met andere ogen? Het is me wel iets duidelijker geworden hoezeer hier “de Arabieren” gediscrimineerd worden; net als bij ons. Maar zij láten zich ook discrimineren door hun door de Koran-gedicteerde opstelling, die maar heel langzaam veranderd (zie de artikelen in de Haaretz, International Herald Tribune van de laatste dagen). Ondertussen, gelegitimeerd of niet, dendert de Israelische economische, culturele en militaire trein met grote snelheid voort….